T20

Quick eindigde als eerste in de competitie, maar plaatste zich niet voor de finale. Iets met een beroep, waarvan de strekking mij nog steeds niet helemaal duidelijk is. Alleen van Rood en Wit werd verloren, helaas wel twee keer.

Floor van den Berg maakte de meeste runs (168), had het hoogste gemiddelde (168) en de hoogste score (107* tegen Excelsior). Frederique Overdijk (99 runs, gemiddeld 49,5, hoogste score 51* tegen VCC), Luisa Ekelmans (83 runs, gemiddeld 41,5, hoogste score 68* tegen VRA), Alarda Rijnbeek (97 runs, gemiddeld 32,33, hoogste score 56 tegen VRA; haar strike rate van 134,72 was de hoogste) en Hannah Landheer (59 runs, gemiddeld 29,5, hoogste score 50 tegen Excelsior) hadden halve centuries, Olga van der Horst een gemiddelde van 47.

Luisa nam samen met Annemijn Thomson (beste cijfers 3/20/4 tegen Ajax) de meeste wickets (9) en had het beste wicketgemiddelde (10,56). Esther Corder bowlde het zuinigst (economy rate van 3,48), Robine Rijke had de beste strike rate (13,2). Frederique had 3 vangen en 2 run outs.

Topklasse

Alleen van VCC werd verloren, helaas wel twee keer.

Hannah maakte de meeste runs (131), had de hoogste score (116* tegen The Hague All Stars) en de beste strike rate (131,13). Alarda (hoogste score 66* tegen The Hague All Stars) had met 79 het beste gemiddelde.

Robine was met 9 wickets, 5/13/4.3 tegen Rood en Wit, een wicketgemiddelde van 4,22 en een strike rate van 9,67 de beste bowler. Olga was het zuinigst met een economy rate van 1. Caroline de Lange en Isabel van der Woning hadden 1 vang en 2 run outs.