Deus ex machina

Quick II verloor zondag van ACC II. Hieronder verslag.

‘Als Lucas volgend jaar in I speelt, ga ik daar scoren.’

Ab klapt dubbel als een calzone. Zijn lach vult het vrijwel leegstaande clubgebouw en maakt een QR-code overbodig. Zonder zich te registreren laat hij iedereen weten dat hij er is. Mieke kijkt ernaar alsof ze net te laat is met haar vinger opsteken omdat ze moet plassen, bedremmeld als Mart na een gemiste vang. Ze weet niet hoe ze Abs reactie moet vertalen. Wordt ze nog wel serieus genomen, of is het daarvoor in deze fase van haar leven te laat? Tranen rollen ongehinderd over de wangen van haar steun en toeverlaat.

Het is zondag 30 augustus 2020. Quick II speelt thuis tegen ACC II. Nog geen 24 uur geleden werd ZAMI 2 Coronakampioen. Hoewel er een te verwaarlozen nacht tussen de wedstrijden viel, voelt het alsof ik met BLØF moet optreden op een festival (god verhoede dat zoiets ooit echt gebeurt), direct nadat Rammstein donder en bliksem liet neerkomen op een weerloos publiek: We want more als intermezzo tussen Du Riechst So Gut en Zoutelande, met een lamgeslagen menigte als bittere eind. Nou ja, zo’n vaart zal het vandaag toch ook weer niet lopen. Om te beginnen zijn er geen toeschouwers, dat scheelt.

Omdat captains allebei iets anders en daarmee eigenlijk hetzelfde willen, is de toss een wassen neus. Wij fielden, de wedstrijd is ingekort tot dertig overs. Ehsan (1/4/4) en Casper (1/19/4) helpen Twittervingers op gang, regen ligt continu op de loer, als een vieze man in de bosjes bij het WK-veld van Craeyenhout.

Tom is wicketkeeper, een rol die hem past als de jas van, vooruit, De Jas. Achter stumps en bails heeft hij het beste uitzicht op goedbedoeld fielden. Somesh bijvoorbeeld duikt naar ballen alsof het omeletreepjes zijn, die in Japans restaurant Benkei vanaf de bakplaat in zijn richting gezwiept worden. En Ab pakt de kans die Mart een dag eerder nog zo jammerlijk liet liggen. Daarbij laten bowlers weinig wides los. Desalniettemin weten bezoekers de versnelling te vinden. Echt grote partnerships zijn er niet, maar Bas van der Heyde (72) domineert. Alleen Edgar (1/28/6) weet de schade te beperken.

Het hoogtepunt van de lunch heet kroket, een woord dat ik vroeger net zomin uit kon spreken als Koninginnedag heden ten dage. Vlak voor het begin van de tweede innings wordt het strijdplan doorgenomen. Met een target van 194 is talmen uit den boze. Abhi (22) en Tycho (43) trekken dan ook fel van leer. Maar ergens in het middenspel loopt de benodigde run rate op. En zelfs Henk (65*), wat een feest moet het toch zijn als batten je zo gemakkelijk afgaat, kan dat niet meer repareren. Het blijft tot de laatste over spannend, maar we verliezen, met tien runs. Eervol, dat dan weer wel.

Met een hoorcollege van umpire Ram Dubar over lbw als bittergarnituur bij de borrel sluiten we een bondig cricketseizoen af. Bezoekers nemen afscheid met de belofte op een weerzien in 2021. Vuisten aaien elkaar als afscheidsgroet. Ik sluit deuren en worstel mezelf langs afzetlint. De bovenzaal is donker, leeg en stil. Aan het einde van de rit voel ik me voor het eerst zo verdomd alleen. Totdat PJ achter de bar verschijnt, als een deus ex machina, om mijn laatste verslag van 2020 een bovennatuurlijke wending te geven. Nadat hij borrel-cola en bier in plastic glazen heeft geschonken, zet hij de tv aan. Er wordt gecricket. Nederland neemt het tijdens de 2021 ICC Men’s T20 World Cup op tegen gastland India. Pieter Seelaar is net uit, Lucas Bogaartz wandelt als batsman nummer negen het veld in. Een helikopter vliegt rakelings langs een lichtmast van het bomvolle stadion. Het publiek gaat uit zijn dak. Mieke zit te scoren.